|
|
Tussen 1806 en 1809 regeerde Lodewijk Napoleon als koning over het koninkrijk Holland. Als residentie gebruikte hij paleis het Loo. Een van de initiatieven die hij nam was de aanleg van een straatweg dwars over de Veluwe naar het Loo: De Amersfoorste weg. Voor de ontsluiting van Apeldoorn was dit een enorme verbetering. De enorme hoeveelheid klinkers die nodig waren om de kilometers lange straat aan te leggen werden lokaal in veldovens langs het tracé gebakken. Op verschillende plaatsen zijn de resten daarvan nog terug te vinden. Sinds 2004 is de AWA begonnen de resten van een van deze baksteenovens in kaart te brengen. De plek ligt ongeveer 1 kilometer van de Amersfoortse weg af in de bossen van Staatsbosbeheer en staat bekend als het Grevenhout. Ter plekke ligt een grote leemkuil van 17 meter doorsnede en 3 meter diep waar het leem uit gewonnen is. Bovendien werd door de AWA met behulp van boringen een plaats gevonden waar het zand zo heet geworden was dat het rood verkleurd is, zeer waarschijnlijk de plek waar de oven lag. Nadat de Amersfoorste weg was aangelegd, bleef het baksteenfabriekje nog enige tijd in gebruik. Er werden toen niet alleen stenen maar ook dakpannen gebakken, zoals ook uit de vondsten bleek. De AWA trof bovendien op een afstand van 75 meter van de vermoedelijke plek van de oven, de fundering van een gebouw aan, vermoedelijk de woning en bedrijfsgebouwen die bij deze steenbakkerij hoorden. Waarschijnlijk zijn deze afgebroken nadat Willem III het bos in 1847 kocht. Leemkuil in Grevenhout
|